
Deze fietstocht startten we aan P51 in
Rumst langs de
Nete juist voor de samenvloeiing met de
Dijle waar ze samen de
Rupel vormen. Op de Rupeldijk ging het naar
Terhagen,
Boom en
Niel, het voormalige centrum van de
baksteennijverheid. We reden door het
steenbakkerijmuseum te Boom. Daarna fietsten we tot aan de samenvloeiing met de Schelde aan de sluis in Hingene en dan verder noordwaarts, stroomafwaarts de
Schelde, langs de electriciteitscentrale van
Schelle en de
Sint Bernardus abdij in
Hemiksem naar
Hoboken. Aan de voormalige scheepswerven
Cockerill Yards namen we de
veerboot naar Kruibeke. We fietsten verder van
Kruibeke naar
Bazel. Het was de ideale plaats voor een stop om het lokale streekbier
Bazelsen Bruynen te proeven. Daarna reden we verder langs het
kasteel Wissekerke naar
Rupelmonde voorbij het standbeeld van
Gerardus Mercator, de
Graventoren en de
Getijdewatermolen. Vanaf nu fietsten we weer langs de Schelde via
Steendorp naar
Temse. Om de brug van Temse over te geraken moet je langs de 2 kanten een ingewikkelde constuctie overwinnen. Je waant je in een fietsdoolhof. Daarna konden we terug stroomafwaarts de Schelde volgen, tot zelfs in het
Buitenland. Aan P01 reden we voorbij de
Notelaer. We fietsten verder tot P31 aan de
Zeesluis van Wintam waar de Rupel en het
zeekanaal Brussel-Schelde uitmonden. Daarna volgden we het kanaal, langs Wintam, Eikevliet en Ruisbroek, tot in
Klein Willebroek aan P38. Daar mondde het kanaal naar Brussel vroeger uit in de Rupel. Vanaf nu ging het terug langs de Rupel tot P52. Na een klein stukje Dijle namen we de blauwe fietsbruggen over respectievelijk Dijle en Nete terug naar Rumst.
<< Home